Ongewenst, maar op de been gehouden met muziek – Jordi
“Toen ik mij realiseerde dat ik het mezelf niet gunde om te bestaan, begon ik te vechten voor mezelf.”
Jordi is rond de eeuwwisseling geboren als derde kind in een gezin in een Brabants dorp. Al van jongs af aan heeft Jordi het gevoel dat hij ongewenst is, dat hij niet mag bestaan: zijn ouders wilden maar twee kinderen. Zonder muziek was hij er misschien ook al lang niet meer, maar hij is er nog! Op dit moment woont Jordi in Huize d’n Herd. ledere dag wordt hij een stukje sterker, zegt hij zelf. Met ups en downs, stapje voor stapje. Met zijn verhaal hoopt Jordi andere mensen te inspireren om altijd hoop te houden.
Aan zijn jeugd heeft Jordi geen goede herinneringen. Zijn vader is meestal weg en als hij wel thuis is, is hij dronken. “lk kan me alleen de ruzies en het keiharde geschreeuw van mijn ouders herinneren”, vertelt Jordi. Toch heeft hij altijd hoop op betere tijden.
Uithuisplaatsing
Als Jordi 8 jaar is, gaan zijn ouders scheiden en vertrekt zijn vader met zijn spullen en auto naar Huize d’n Herd. Na het vertrek van zijn vader is het leven voor Jordi wat lichter. Hij maakt plezier op school en met vrienden. “Het zijn de weinige dagen waarin ik gelukkig was.” Aan het korte geluk komt helaas al snel een einde. “Mijn moeder kon de zorg voor drie kinderen niet alleen aan en ik zou in de weekenden ergens gaan logeren.” Met de gedachte dat hij snel weer thuis komt, stapt Jordi in de taxi naar Waalwijk waar hij in een leefgroep een kamer krijgt toegewezen. Het wordt hem duidelijk dat hij niet terug naar huis zal gaan. “Die dag zal ik van mijn leven niet meer vergeten.” Jordi is uit huis geplaatst, als enige uit het gezin. Niemand heeft de moeite genomen hem hierop voor te bereiden. Er komen kaarten van zijn ouders, maar geen bezoekjes. Het is in die periode dat Jordi zijn eerste zelfmoordpoging doet. Als 8-jarige jongen!
“Ik heb het een paar keer in mijn broek gedaan, het gevolg was dat de begeleiders boos op mij werden.”
Onveilige omgeving
Na ongeveer een halfjaar verhuist Jordi naar een leefgroep in Eindhoven, waar hij zich net zo onveilig voelt als in Waalwijk. Er verdwijnen ’s nachts spullen, er worden tekeningen en nare boodschappen onder zijn deur door geschoven. Jordi voelt zich bedreigd en durft zelfs niet meer naar de wc. “Ik heb het een paar keer in mijn broek gedaan, het gevolg was dat de begeleiders boos op mij werden.” Andere jongens in de leefgroep maken gemakkelijk misbruik van Jordi. “lk was een makkelijk doelwit. Iedere keer als iemand iets had geflikt, gaven ze mij de schuld en kreeg ik straf. Zelfs toen een jongetje van 6 jaar in elkaar geslagen was. Ik was te bang om het jongetje te helpen, daar voel ik me nog steeds schuldig over.” Pas na veel klappen, onterechte strafmaatregelen en zelfs psychisch en seksueel misbruik laat Jordi een keer zien dat hij boos is. De reactie: “Zie je wel: hij is agressief!”
“Ik kreeg steeds meer het gevoel dat ik niet mocht bestaan. Met een vuilniszak deed ik een nieuwe zelfmoordpoging.”
Hiphop als verlichting
Ook in Eindhoven ziet Jordi zijn vader en moeder nauwelijks. “Negen van de tien keer werden afspraken afgezegd. Bij gesprekken was mijn moeder wel aanwezig en was ze zeer geëmotioneerd, maar als ze weer vertrok keek ze niet meer naar mij om. Ik kreeg steeds meer het gevoel dat ik niet mocht bestaan. Met een vuilniszak deed ik een nieuwe zelfmoordpoging.” Maar dan geeft muziek Jordi nieuwe hoop voor de toekomst. “Ik had een mp3-speler en leerde hiphop kennen. Dat hield me op de been. Eminem en Ronnie Flex spraken hun pijn uit op een beat, toen wist ik: als ik groot ben, ga ik muziek maken en mijn verhaal delen.” Het duurt alleen nog een hele poos voor Jordi groot is; eerst krijgt hij nog veel meer tegenslagen te verwerken.
“Ik begon nummers te schrijven en beats te maken. Ik kon iets met mijn pijn en het leven voelde iets minder zwaar.”
Gezinshuis
Op zijn twaalfde wordt Jordi in een gezinshuis geplaats. “Eindelijk een familie”, denkt hij. De eerste jaren zijn ook fijn, maar met de komst van een andere pleegzoon verandert dat. “De fijne warme familie werd één donkere leegte.” Op een avond ziet Jordi dat zijn pleegbroer hun pleegzusje aanrandt. Met een mes op de keel legt de pleegbroer Jordi het zwijgen op. Daarna probeert Jordi de herinnering te verdringen met alcohol, wiet en sigaretten: “Ik wilde niets meer voelen.” Als de pleegbroer kort daarna het gezinshuis verlaat, herpakt Jordi zich. Hij krijgt een baantje bij de post en doet zijn werk met plezier: “Muziek op en gaan! Ik verdiende niet veel, maar genoeg om wat studioapparatuur en een basgitaar te kopen. Ik begon nummers te schrijven en beats te maken. Ik kon iets met mijn pijn en het leven voelde iets minder zwaar.”
De rollen omgedraaid
Als Jordi 18 jaar is, wordt het gezinshuis gesloten. Noodgedwongen gaat hij bij zijn vader wonen. Die heeft vanwege zijn slechte gezondheid veel zorg nodig. “Dat kwam allemaal op mijn schouders terecht, maar ik deed het met trots en liefde. Ik was de ouder en hij was het kind.” Als Jordi in therapie gaat, ziet hij pas in dat dit een enorm ongezonde situatie is. Jordi en zijn vader krijgen in die periode steeds vaker ruzie en uiteindelijk zet zijn vader hem op straat. Jordi’s pleegmoeder heeft altijd gezegd dat hij bij haar welkom is, maar nu stuurt zij hem naar de nachtopvang. “Daar ging ik op mijn fiets met m’n rugzak, zowel letterlijk als figuurlijk. Met wat brood en ingevroren frikandellen.”
Warme ontvangst
“Hoe ik bij de nachtopvang in Huize d’n Herd ontvangen werd, vergeet ik nooit meer. Voor het eerst toonde iemand interesse in mijn verhaal en voor mij als persoon. Ik voelde mij meer thuis dan ooit! Ik had mooie gesprekken en merkte dat ik mijn eigen vooroordelen over de daklozenopvang los moest laten. We hielpen elkaar de tijd door en gunden iedereen een plekje.” Al snel is er voor Jordi een plek bij De Koning waar hij langere tijd kan verblijven. Zijn pleegmoeder blijft echter op de achtergrond invloed uitoefenen op Jordi. “lk was veel te naïef en te loyaal. Mijn pleegmoeder bemoeide zich te veel met mij en dat stond een traject bij SMO in de weg.”
“Er kwam geen enkel bericht van mijn pleegmoeder om te vragen of ik het nog volhield. Ik heb mij toen meer alleen gevoeld dan ooit.”
Opnieuw op straat
Jordi belandt weer op straat. In de volgende anderhalf jaar slaapt Jordi vaak buiten, steeds alert en één keer zelfs bij -4 C°. “Ik dacht oprecht dat ik dood zou gaan die nacht, en er kwam geen enkel bericht van mijn pleegmoeder om te vragen of ik het nog volhield. Ik heb mij toen meer alleen gevoeld dan ooit, maar het heeft mij ook ontzettend boos op de wereld en op mezelf gemaakt.” Opnieuw probeert Jordi zichzelf van het leven te beroven. “In een urenlange huilbui bij het kanaal onder het viaduct heb ik me afgevraagd of ik nog verder wilde.” Een enkele keer kan Jordi bij zijn pleegmoeder slapen, buiten op de bank. Intussen weet zij in de loop van de tijd wel duizenden euro’s bij hem los te peuteren. “Ik heb daarvoor zelfs mensen opgelicht en moest daarvoor voor de rechter komen. Die zag echter wel in dat mijn pleegmoeder misbruik heeft gemaakt van een kwetsbare jongen. Later is mijn pleegmoeder wel veroordeeld.”
“Ik ben SMO erg dankbaar voor de tweede kans die ze mij geven. Ik kan nu echt mezelf laten zien en ik heb een goede band met mijn trajectbegeleider.”
Voor het eerst een thuis
“Toen ik mij realiseerde dat ik het mezelf ook niet gunde om te bestaan, begon ik te vechten voor mezelf.” Dit is het moment waarop Jordi het contact met zijn pleegmoeder verbreekt en het contact met zijn familie herstelt. En: hij komt in aanmerking voor een plek in Huize d’n Herd. Deze keer lukt het hem wel om een begeleidingstraject aan te gaan. “Ik ben SMO erg dankbaar voor de tweede kans die ze mij geven. Ik kan nu echt mezelf laten zien en ik heb een goede band met mijn trajectbegeleider.”
Bij Huize d’n Herd neemt Jordi nu de tijd en de rust om te leren zichzelf de moeite waard te vinden. “Voor het eerst in mijn leven heb ik een thuis. Hier mag ik wel bestaan! Ik leer van mezelf en van het leven te houden.” Sociale omgang met andere mensen vindt Jordi nog steeds stressvol, maar hij doet zijn best om contact te maken. “Mensen hebben er hier begrip voor dat ik soms niet – of kortaf – reageer.”
Verhaal in de beats
Jordi’s eigen verhaal verwerkt hij in de beats van zijn muziek. Onder zijn artiestennaam Flux Jag bracht hij zijn debuutalbum met de naam RÉMISE uit. “Ik sta niet graag op een podium, maar via YouTube kan ik me wel laten horen aan een publiek.” Jordi vindt het tof als je zijn muziek wilt luisteren en delen. Je vindt zijn muziek op alle bekende video- en muziekkanalen en je kunt je bijvoorbeeld abonneren op zijn YouTube-kanaal. Hieronder vind je de intro van RÉMISE:
